8: regels & rituelen

8: regels & rituelen

sep 4, 2017 | aandacht geven, organiseren | 6 reacties

Overal waar mensen dicht op elkaar samen leven ontstaan (ongeschreven) regels & rituelen: om houvast en bescherming te creëren maar ook om vorm te geven aan wat mensen belangrijk vinden, aan hoe ze willen leven. Wanneer is een regel dwangmatig en beneemt het je de vrijheid om je THUIS te kunnen voelen en wanneer helpt het je om invulling en betekenis aan het collectieve leven te geven?

In een ‘verzorgingshuis’ zijn er twee contrasterende werelden: je eigen appartement waar je eigen regels gelden (daar kun je bijvoorbeeld tot diep in de nacht gasten ontvangen) en de gezamenlijke wereld, die al op de gang bij je voordeur begint, waar de regels van het huis en de gemeenschap van kracht zijn. Hoe is het om te leven in een gevestigde organisatie en binnen die complexiteit je eigen individuele vrijheid te vinden?

het is voor mij belangrijk dat ik vrije ruimte ervaar waarin mensen fouten mogen maken, dingen mogen uitproberen

Al in de eerste dagen ervaar ik regelmatig de beperkingen van de regels. Zo loop ik aan tegen ‘je mag niet bij iedereen aan tafel’ in het restaurant. Niemand spreekt deze regel expliciet uit maar toch voel ik duidelijk een blokkade om aan te schuiven of om de vraag zelfs maar te durven stellen. Dus zoek ik hulp bij de gastheren en -vrouwen en informeer naar wat een geschikte plek zou kunnen zijn en of ze me bij die tafelgenoten kunnen introduceren. Zo omzeil ik het ongemak. Wat niet wil zeggen dat het daarna per definitie een relaxt gebeuren is, want ook aan tafel blijkt er een serie onuitgesproken regels te gelden: je moet je bord leegeten (wat heel lastig is als je niet mag voorproeven en ook niet zelf mag opscheppen, helemaal als je de oorlog hebt meegemaakt), het is een luxe als je je kunt veroorloven om geen vlees te eten (die kwam aan!) en je kunt gewoon vertrekken als je uitgegeten bent, ook als je tafelgenoten nog niet klaar zijn (wat mij een verlaten gevoel geeft als ik net flink geïnvesteerd heb in een gesprek met de ander).

Ook buiten de eetzaal is je plek en de speelruimte voor een deel al bepaald. Zo sluit ik een middag aan bij de handwerkclub en wordt me duidelijk gemaakt dat als ik maar één keer mee kom doen het niet de bedoeling is dat ik aan iets nieuws ga beginnen. Dus brei ik een ‘mislukt’ lapje af dat te klein is om opgenomen te kunnen worden in een patchworkdeken die naar een onbekend arm land wordt gestuurd. De ervaring maakt dat ik duidelijk voel dat ik onderaan de hiërarchie sta en er nog heel wat moet gebeuren om erbij te mogen horen, bij deze handwerkgroep. Daardoor voel ik me niet zo vrij als anders om in gesprek te gaan met andere handwerkers. Het is alsof ik gekrompen ben. Terwijl er niemand onvriendelijk tegen me doet…

In het gebied waar je als bewoner de professionals tegen komt merk ik dat zij zich soms onvoldoende bewust zijn van hun positie en hun eigen regels creëren. Zo wordt er niet langer dan 20 seconden gewacht na het aankloppen door de schoonmaakdame voordat ze haar loper gebruikt om de deur open te doen. Ik ervaar geen enkele privacy. Wat als ik net in mijn onderbroek, halfnaakt uit de douche kom? Het is toch mijn tijdelijk ‘huis’? Hetzelfde gebeurt bij de huismeesters. Wanneer mijn sleutel stuk gaat en ik mijn kamer niet meer inkom is er zonder overleg een monteur ’s morgens vroeg ingepland. Als ik protesteer wordt er vreemd gekeken. Individuele vrijheid is een groot goed. Natuurlijk is het goed om elkaar tegemoet te komen maar tegelijkertijd is het ook belangrijk dat iedereen die geen bewoner is beseft dat wij allemaal een baan hebben omdat deze mensen hier willen wonen en leven. En dat daar ruimte voor nodig is en een verplaatsing in het perspectief van de ander.

Mijn aanwezigheid in het ‘verzorgingshuis’ is niet vanzelfsprekend. Zo wordt mij in de eerste weken regelmatig gevraagd: wat maak je? Ook als ik gesprekskoekjes uitdeel of verbindingscocktails serveer. Kennelijk gelden er specifieke regels voor wat een kunstenaar maakt of wanneer je een kunstenaar bent en is het even zoeken voordat ik binnen de definitie kan vallen. Naarmate mijn tijd vordert en ik mijn onderzoek zichtbaar maak via gestempelde uitspraken die ik aan de muur van mijn atelier ophang, ik thee-sessies organiseer om daar met bewoners verder in te graven, ik bij de buurttafel aanschuif met theatrale eetervaringen die het gesprek verrijken en ik samen met mijn horeca-collega’s het restaurant verander wordt helderder wat ik kom brengen en hoe dat met het THUISGEVOEL in verbinding staat. Doorzetten dus…

Om het leuk met elkaar te kunnen hebben, vertelde een wijze dame mij, moet je geven en nemen, niet te kritisch zijn. Als kunstenaar is het voor mij ook belangrijk dat ik vrije ruimte ervaar waarin mensen fouten mogen maken, dingen mogen uitproberen zonder dat daar ernstige consequenties tegenover staan en bovenal zichzelf mogen zijn. Dat heb je toch nodig om je ergens THUIS te kunnen voelen? Dat er vertrouwen is in wie je bent en dat je intenties goed zijn, ook al wijken die af. Zodat jij er, ook dan, bij hoort. Dwarsliggers hebben een functie in een gemeenschap, om met elkaar in gesprek te gaan over hoe we kunnen samenleven en daarnaast ruimte kunnen blijven creëren voor individuele behoeftes.

foto’s: Sandra Schouten

6 Reacties

  1. Ruudt

    Wow prachtig beschreven. Zou goed zijn als meer mensen je vb volgen. Met name zorgverleners. Leef je in in de gebruiker. Gebeurt nog te weinig….

    Antwoord
  2. Betsy

    Hallo Sandra,

    Met aandacht heb ik je blogs gelezen.
    Erg interessant en bijzonder wat je allemaal probeert, ervaart en ontdekt. (Ook herkenbaar mijn moeder woont op een gesloten afdeling in een verzorgingstehuis.) Ik ga je zeker volgen met hoe het verder gaat!

    Antwoord
  3. Vera Broos

    Goed hoor, wat je allemaal aan bent gegaan en beschrijft. Vorige week was Kate Sweeney uit Engeland hier, die heeft ook een maand in een verpleeghuis gewoont hier de blog van Kate en Claire: http://thumbprod.wordpress.com/

    Antwoord
    • Annette Dekkers

      Individuele vrijheid is zeker een groot goed. En de bewoner centraal stellen. Dus bijvoorbeeld ruim wachten na aankloppen (langer dan 20 sec.) en ook in overleg een monteur inplannen. Je maakt heel veel aspecten mee in het verzorgingshuis. Heel bijzonder om te lezen. Ik hoop dat er met zaken die je aanroert en suggesties die je doet iets gedaan wordt! Ten gunste van de bewoners.

      Antwoord
  4. anna mul

    Ik ben onder de indruk van je blogs. Ze zijn goed geschreven en ik heb nu een heel goed beeld van wat je gedaan hebt tijdens dit project. Petje af hoor!

    Antwoord
  5. Petra Hiemstra

    Wat me raakt in jouw blogs is hoe belangrijk het voor onze menselijkheid is dat onze verhalen werkelijk gehoord worden, dat door het vertellen ervan verhalen in leven blijven én ook weer ververst kunnen worden. Als jij mensen groot luistert bloeien ze op, en kunnen ze mogelijk een sprankje daarvan weer doorgeven aan hun naasten. #keepupthegoodwork

    Antwoord

Een reactie versturen

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd.

Pin It on Pinterest

Share This